Rode wijn ontstaat door blauwe druiven licht te kneuzen en ze mét de schillen te laten gisten. Tijdens de eerste gisting haalt de gistkiem de rode kleurstof uit de schil, wat de wijn de rode kleur geeft.De gistcellen die rondom de druivenschillen leven, zetten suikers uit het zoete druivensap om in alcohol en koolzuurgas. Deze eerste gisting zorgt voor een kolkende massa in de gistkuip. Na maximaal 14 dagen bevatten de gistcellen een alcoholpercentage van zo'n 15%. Daardoor sterven ze af. Tijdens de gisting vormt zich een chapeau op het oppervlak: de druivenschillen. Jonge wijn wordt van onder de chapeau op het fust getapt. De chapeau zelf wordt geperst tot vin de presse, die soms later weer wordt toegevoegd aan jonge wijn. In de vaten volgt nu de tweede persing van de wijn. |
Herkomstlanden van onze rode wijnenFrankrijkDuitsland Spanje Italië Portugal Oostenrijk Griekenland Zuid-Afrika |